vrijdag 13 februari 2015

Voor Zwitserse zorg zijn financiële middelen

Dit keer is het uitslapen, we vertrekken pas om 8.00 uur. Een ritje door Noord Zwitserland om binnen 2 uur file-loos naar Basel te rijden. Daar gaan we eerst op bezoek bij de overheid en we gaan naar het : Kantonales Verbundsystem,Departement für Wirtschaft, Soziales und Umwelt des Kanton Basel-Stadt, Amt für Sozialbeiträge. Zwitserland is een optelsom van verschillende vrij zelfstandige kantons. Een kanton is wat groter dan een gemeente en kleiner dan een provincie. Het departement dat we bezoeken is verantwoordelijk voor een deel van de verstandelijk gehandicapten. Zowel beleidsmatig als inhoudelijk zijn onze beide gesprekspartners betrokken bij het werk. Het zijn Nederlanders die in dienst zijn van de Zwitserse overheid. Omdat zij ook het Nederlandse systeem kennen blijkt het goed mogelijk om vergelijkingen te maken en elkaar te begrijpen.
We leren dat het Zwitserse systeem ook volop aan het veranderen is en dat er wordt gezocht naar een nieuwe positie van de cliënt. Lange tijd is autisme gezien als een stoornis die vooral in het GGZ-spectrum medisch behandeld is. Therapieën en gedragsinterventies zijn ontwikkelingen van de afgelopen jaren. Hiermee loopt volgens onze gesprekspartners het Zwitserse systeem achter op het Nederlandse systeem. Langzaam worden momenteel goede stappen gezet en gezien de grote omvang van de beschikbare budgetten zijn er best veel mogelijkheden. We begrijpen dat er zelfs mogelijkheden zijn om een pelgrimsreis met begeleider te maken. Hoe mooi kan het zijn!
Ook leren we dat bureaucratie geen Nederlands verschijnsel is. Gelijktijdig zien we dat creativiteit veel kan losmaken bij medewerkers. We leren dat veel inspanningen en veel geld, nog geen garantie zijn voor goede zorg. Maar dat er met geld wel mogelijkheden ontstaan.
We ronden het bezoek af met een prima lunch. Door velen wordt deze lunch als het beste eten gedurende de studiereis gewaardeerd.



Na het inkijkje in de gehandicaptenzorg vervolgen we de studiereis met een bezoek aan het Wohn- und Bürozentrum für Körperbehinderte in Reinach (iets ten zuiden van Basel). Zelfstandig wonen voor lichamelijk gehandicapten mensen is het uitgangspunt van deze instellingen. Op de locatie waar gewoond wordt is tevens arbeid- en dagbesteding. Het nieuwste woongebouw is ruim 20 jaar oud en dat zie je er niet aan af. Het is een vrij tijdloos gebouw met veel licht. Het deel wat 40 jaar oud is heeft veel meer knelpunten. Met name de kamers en het sanitair is klein. Op dit moment worden plannen uitgewerkt voor de nieuwbouw. In een verbindingsgang zien we hoe velen worden betrokken bij het opstellen van een programma van eisen. De organisatie van de instelling is strak en komt ons degelijk over. Er zijn diverse vormen van arbeid- en dagbesteding en er is moderne apparatuur beschikbaar. De drukkerij maakt een omzet van € 2 miljoen, best behoorlijk. Ook de kosten zijn behoorlijk, maar daar raken we in Zwitserland inmiddels wel aan gewend.

Het laatste bezoek brengt ons naar Ländillheim in Basel. Dit is een door diaconessen gerunde locatie waar circa 50 oudere mensen wonen. Enkele gebouwen op de locatie zijn inmiddels, zeker voor een instelling, zeer oud (> 100 jaar). Natuurlijk zijn er wel wat aanpassingen gedaan, maar ik krijg toch het gevoel wat in de tijd terug te gaan. Ook de zichtbare diaconessen versterken dit beeld.  De zorgzwaarte is verschillend waarbij het in vergelijking tot de Nederlandse situatie waarschijnlijk vooral lichtere zorg (ZZP 1 – 4) omvat. Één van de inwoners kan nog prachtig op een spinet spelen. En daar is toch best wat ‘gevoeligheid’ voor nodig.
In de eetzaal staat de tekst uit psalm 150: ‘alles wat adem heeft looft de HEER’.  Het is duidelijk dat op deze locatie de naastenliefde goed zichtbaar en voelbaar is. Al zijn een aantal zaken zeker wat minder, de identiteit straalt er van af. Ik leer dat het belangrijk is om dicht bij de roots en doelgroep te blijven. En dat daar mogelijk ook commerciële kansen voor blijven.

De buschauffeur brengt ons vervolgens naar het hotel. Het is een ervaren chauffeur, hij rijdt net door de stad zoals ik in mijn auto ook zou kunnen doen. Soms gewoon even 180 graden draaien op de weg als het handig is en hier en daar een voetgangerszone meenemen? Het inchecken is zo gepiept en vervolgens is het dinertime.

We gaan eten bij de BlindeKuh. De BlindeKuh is een heel bijzonder restaurant. Ze besparen op de stroom rekening én de inrichting. Het is er helemaal donker! En je wordt bediend door blinden. Het is een hele bijzondere ervaring. Bij de entree zijn nog lampen maar daarna wordt het donker. In polonaise worden we meegenomen in het restaurant. We krijgen een stoeltje ‘aangevoeld’ en de rest volgt vanzelf. Julia is onze serveerster en zij is blind. In de wereld waar wij ook niets meer zien is zij de koningin. We krijgen het verrassingsmenu en genieten van een hele bijzondere ervaring. Zo is de wereld dus voor mensen die blind zijn. Alleen onze andere zintuigen zijn toch nog wat minder ontwikkeld. Aan het einde van de avond wandelen we terug en nemen we met een groot deel van de groep nog een afzakkertje in het hotel. Een glas wijn of een biertje kost circa € 7,=. De Zwitsers weten waar het geld vandaan moet komen.

Geen opmerkingen: